Kotsmisselijk in de Octopus

De hele wereld draait, mijn knieën lijken net pudding. De zon is te fel om te verdragen, mijn handen bibberen alsof ik een crackverslaafde ben, ik voel de aderen kloppen in mijn hoofd. Misschien kan ik ze zelfs tellen.

Ik kan echt niet meer fietsen. Ik kom geen stap meer vooruit. In foetushouding kruip ik op het bankje langs de weg. Hier ga ik dood, denk ik.

Even ter informatie: ik was niet dronken. Ik was veertien, dus ik had zelfs nog nooit een druppeltje alcohol op. Maar er is wel een hele eenvoudige verklaring voor deze actie. Kermis.

Twee keer per jaar is het feest, dan begeeft heel Doetinchem zich het hele weekend tussen de suikerspinnen en de botsauto’s. Dronken jongens vechten met elkaar, stoere jongens gaan in de Booster en andere jongens rijden iedereen de vernieling in bij de botsauto’s. Beregezellig.

Zelf ben ik helemaal niet van kermis. Het enige wat ik aantrekkelijk vond waren de grijpertjes, zoals ik ze noem, waarmee je knuffels kon winnen. Ik was daar dan ook erg goed in, al zeg ik het zelf. Ooit won ik drie knuffels met slechts één keer grijpen.

Maar alle attracties en dergelijke waren niet mijn ding. Waarschijnlijk omdat mijn vader mij altijd influisterde dat kermisattracties constant weer worden op- en afgebouwd. ‘Ze kunnen zomaar een schroefje of boutje vergeten zijn.’ Brr. Mij niet gezien.

Totdat ik als pubertje alleen naar de kermis ging met een paar vriendinnen. Vol enthousiasme liep ik naar de grijpers en wees ik naar het eendjes vissen (ook een talent van me), maar daar kwamen ze natuurlijk niet voor. Iedereen wou in de Octopus 3D, zoals ik hem noem.

De Octopus 3D was een extremere versie van de regular Octopus. De standaard Octopus heb je vast wel een keer gezien in je kermisleven: vier armen, waaraan vier karretjes hangen. Het apparaat draait en de karretjes draaien. Misselijkmakend ding.

Maar de Octopus 3D was nog een tandje erger. De Octopus 3D zweefde een kleine tien meter boven de grond, ook met vier armen en karretjes. Maar nu draaiden de karretjes niet alleen rond, ook je stoel kon nog draaien. Oneindige loopings, terwijl je in het rond wordt gedraaid, tien meter boven de grond. Een ware nachtmerrie.

Natuurlijk wou ik hier niet in. Niet alleen vanwege een ontbrekende schroef of bout, maar ook omdat ik nogal snel misselijk word van gedraai. Maar ik bezweek onder groepsdruk, zoals elke veertienjarige.

Kots, kots, kotsmisselijk kwam ik eruit. Draaiend, gedesoriënteerd. Helemaal naar de klote. Maar kotsen in het openbaar kon echt niet, dus deed ik mijn uiterste best om het steeds weer weg te slikken. Snel zei ik mijn vriendinnen gedag en sprong ik op de fiets.

Flashforward naar het zwerversbankje. Met trillende handjes belde ik mijn ouders en gelukkig kwam mijn moeder mij halen. Thuis werd ik snel in bed gelegd en na een paar uurtjes, was ik weer mijn stabiele oude zelf.

Ik beloofde mezelf dat ik nooit, nooit, nooit meer in een kermisattractie zou stappen. Toen ik vandaag over de kermis in Amsterdam liep en ik mijn gevreesde Octopus weer tegenkwam, was er dan ook geen haar op mijn hoofd die het ook maar overwoog om ergens in te stappen. ‘Zullen we samen in de Booster?’ vroeg Leon nog hoopvol. ‘Dat is vet romantisch.’

‘Nee,’ zei ik, ‘Laat mij maar eendjes vissen.’

Heel veel liefs,

Elfi(Selfie)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *