Storytime #13: Wiskundeleraren

Ik ben eigenlijk best wel een hoarder, vooral als het om emotionele dingen gaat. Gelukkig heb ik maar een klein huisje en moet ik mezelf gewoonweg verplichten om dingen weg te gooien, anders kan mijn deur niet meer open doen. Maar op mijn laptop is het een ander verhaal: ik bewaar alles wat ik ooit heb gemaakt. Oude verslagen, werkstukken, maar ook de verhalen die ik schreef toen ik zestien was.

En schrijven deed ik fanatiek, omdat ik een lesje creatief schrijven volgde op mijn middelbare school. Mijn lerares Nederlands spoorde me aan om korte, persoonlijke verhalen te gaan schrijven en zo geschiedde. Stiekem wou ik toen al een blog beginnen om die verhalen te kunnen plaatsen, maar als je zestien bent is dat eigenlijk net even iets te spannend. Raar, of anders gevonden worden was mijn diepste angst als puber en dus verschool ik mijn gekke verhaaltjes, diep in mijn computer.

Dit verhaal vond ik onlangs terug; over mijn wiskundeleraar meneer KOL. Ik was dol op meneer KOL, maar minder dol op wiskunde. Destijds besloot ik zijn tas maar eens uit te pluizen, om de psyché van de wiskundeleraar te doorgronden. En dit is wat ik daarover opschreef.

Wiskundeleraren zijn vreemde wezens: ze zijn dol op cijfertjes, kwadraten en nog meer dingen die ik verafschuw. Hierdoor vind ik het lastig om ze te begrijpen, laat staan met ze te communiceren. Gelukkig valt het dit jaar wel mee, deze wiskundeleraar is best wel prima. En toch voelde ik al een lange tijd een groot verlangen: ik moest en zou erachter komen wat hij allemaal in zijn grote, leren tas meesleept.

“Meneer, mag ik zien wat er in uw tas zit?” Met een gemompel (wat moet je daar nou weer mee?) schoof hij zijn dikke leren lerarentas mijn kant op. Ieh, lerarentassen. Maar goed, het is voor een goed doel.

In al mijn nieuwsgierigheid sloeg ik alle kleine vakjes over en begon aan het grote vak. Het eerste wat mij opviel waren de vele snoeppapiertjes en bonnetjes van een voedselketen met een x aantal frikandelbroodjes erop. Stiekem bekijk ik mijn leraar die als goed voornemen had: “Minder snoepen, want dat moet ik van mijn vrouw.” Zijn vrouw kijkt vast nooit in zijn tas. Heel verstandig.

Daarnaast vond ik vele onzinnigheden: een schaar die je kon ombouwen naar een geodriehoek en  heel veel penonderdelen, maar niet één complete pen (want hij mag van zichzelf geen goede pennen naar leerlingen gooien, dat is natuurlijk zonde) en een zaklamp. Dat laatste vond ik wel een beetje vreemd. Naast de standaard leraren zooi (te volle agenda, mobieltje uit het jaar nul en een broodtrommel) zaten er nog vier rekenmachines in. Misschien kan hij wel niet hoofdrekenen.

Na lang nadenken wist ik wat er miste: boeken en een bordstift. Normale leraren hebben dit altijd bij zich, toch? Mijn leraar niet. Hij leent elke les mijn boek, om aan de hand daarvan de stof uit te leggen. Het belachelijke is dat als ik mijn boek vergeet, dat ik dan een “waarschuwing” van hem krijg, waarop ik altijd zeg: “Meneer, u bent zelf ook uw boek vergeten.” Maar dat vindt hij dan weer niet grappig.

Naast wat autopapieren en een verschimmelde boterham vond ik als laatste zijn sleutels. Er hing een sleutelhanger aan met daarop: beste leraar van de hele wereld. “Van wie heeft u die gekregen meneer?” vroeg ik, waarop hij met een glimlach zei: “Van mezelf.”

Ik ga wiskunde nog leuk vinden.

Heel veel liefs,

Elfi(Selfie)

One thought on “Storytime #13: Wiskundeleraren

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *